Optimaal leren Hoe doe je dat?

Optimaal leren is maximaal stof onthouden met minimale investering in studietijd. En herhalen is hierbij de sleutel. Misschien heb je voor jezelf al een systeem gevonden hoe je de stof herhaalt. Misschien wil je wat experimenteren met verschillende methodes van herhalen. Hier geven we je een basismethode mee die goed werkt. Probeer het eens uit en kijk of het je bevalt, of pas het aan naar een methode die voor jou werkt.

Methode in schema

Het basisschema voor herhalen gaat uit van de volgende sequentie: uur- dag- week- maand/tentamen. Bij elke volgende stap ga je compacter herhalen. In het volgende schema wordt dit weergegeven.

Stap 1. Opdeling van de leerstof in blokken van 45 minuten

Je studeert ongeveer 45 minuten, je houdt een korte pauze en gaat daarna, voordat je verder gaat studeren, eerst nog 10 minuten kijken naar wat je de
voorliggende drie kwartier hebt gedaan. Je kan dan bijvoorbeeld je samenvatting of mindmap maken. Stel jezelf vragen: Wat is de kern van dit hoofdstuk? Waarom is dat zo?

Stap 2. De herhaling op de volgende dag

De volgende dag kijk je nog eens naar je aantekeningen, onderstrepingen en je samenvattingen. Is alles nog duidelijk, dan ga je door. Je doet dit ongeveer 5 minuten per blok dat je de vorige dag hebt gestudeerd. Ook als je die dag niet studeert, neem je toch even die paar minuutjes voor deze herhaling.

Stap 3. Herhaling van de vorige week

Je gaat per dag een kwartier doornemen wat je dezelfde dag de week ervoor heb gedaan.

Stap 4. Vlak voor het tentamen

Dit komt vaak al dicht bij het tentamen te liggen, maar als je nog tijd hebt om te herhalen, neem dan nog een keer door wat je afgelopen maand
allemaal geleerd hebt en hoe het onderling samenhangt.

Moet het echt zo?

Op deze manier zit je goed in de stof, heb je tijd om het in je langetermijngeheugen op te slaan en kan je een helicopterview ontwikkelen. Om iets goed te onthouden kan het ook helpen om schema’s, en moeilijk te onthouden definities of formules ergens op te hangen waar je er vaak naar kan kijken. Bijvoorbeeld op een spiegel, deur, toilet . Zo kun je er telkens weer even naar kijken. Of voeg elke dag een nieuwe definitie toe, tot je ze allemaal kent. Moet het echt zo? Nee, maar het helpt wel om de kennis in je langetermijngeheugen te krijgen en ook nog toegang tot deze kennis te houden ná je tentamen. Hierdoor kan je actief studeren in plaats van op het laatste moment passief bladzijdes doorploegen. Actief studeren betekent dat jij sturend bent in plaats van volgend. Je hebt meer regie over de studiestof.

Romeins kamer systeem

Een onthoud-truc: het ‘Romeinse kamersysteem’ Ons brein kan op de meest uiteenlopende manieren dingen onthouden. Zo is ons brein gevoelig voor zaken die persoonlijk zijn, bizar zijn, bewegen, of die we met iets associëren. Dit zijn allemaal aspecten die je kan toepassen om makkelijker te onthouden. Een voorbeeld is het Romeinse kamersysteem. Hierbij neem je een bekende ruimte, bijvoorbeeld je eigen kamer, en maakt daarin een vaste route (bijvoorbeeld via je bureau, naar je lamp, naar je raam, enzovoort). Op vaste plekken op deze route maak je een verbinding met die studieonderdelen die je wilt onthouden. Je koppelt ze samen in een beeld van dat voorwerp in die kamer (je plaatst bijvoorbeeld iets dat je moet kennen in gedachten (op bizarre wijze) op de bureau, het volgende onderdeel hang je aan de lamp, en ga zo maar door). Heb je later, of op je tentamen de kennis weer nodig, dan loop je gewoon in je hoofd de route door je kamer. Door de verbeelding en (bizarre) associaties komen alle onderdelen vanzelf weer in je geheugen boven drijven. Er zijn nog veel meer geheugentechnieken. Kijk maar eens op internet.

Boekentip:

– Jan Willem van den Brandhof (2007), Gebruik je hersens.

– Tony Buzan (2007), Gebruik je geheugen.

– Marjolein Pol, Nog slimmer

Follow